Het vraagwoord: welk(e)

De vraagwoorden

Hoe ziet hij of zij eruit?

Звучит по-итальянски, а не по-американски! | Секреты итальянского произношения

1.1 - BT2 (Ligo)

1.2 - Instructies in de klas (WS)

kernwoorden en zinnen bij 'bus' - alfa NT2

Het vraagwoord: hoe

1.2 - Waar ga je naartoe? (WS)

Nederlands 1.1 - 1.2 - 2.1 - 2.3 - 2.4

NT2 A2 I Nederlands leren I learn dutch I Juf M

1.2 - Waarom kom je niet naar school? (WS)

MODALE WERKWOORDEN: Ik moet (niet) of ik mag (niet)?

Учим прилагательные. Bijvoeglijke naamwoorden. Нидерландский язык. Урок 27

1.2 - Wat vraag je in de klas? (WS)

NT2 🏠mijn huis ons huis,🚗onze auto, ME fiets of MIJN fiets? bezittelijk voornaamwoord #learndutch

1.2 - Een afspraak maken (WS)

Het vraagwoord: wat

Unit 10 2 Naar de dokter

ik werk als / ik wil werken als - NT2

Ik eet graag ongezond! (NT2 Breakthrough, #NT2, 1.1, A1)